Afgelopen week bezocht ik enkele geplaatste asielkatten in hun nieuwe huis. Bij al deze gelukkige katten en hun nieuwe personeel was ook een blinde kat. Zijn nieuwe eigenaars kozen voor hem, omdat hij de beste match was voor hun al aanwezige, wat oudere en zwakkere kat. Zij verwachtten dat een blinde kat rustig zou zijn en haar niet veel last zou bezorgen. En ook omdat zij graag een binnenkat wilden.
Voor ik iets zeg over blindheid, wil ik eerst even kijken naar hoe het oog en het zicht bij een kat normaal gesproken functioneren.
Van nature bijziend
Door de bouw van het kattenoog is de kat van nature lichtelijk bijziend. Op een afstand vanaf 75 centimeter heeft de kat scherp zicht. Deze lichte bijziendheid wordt gecompenseerd door het feit dat katten heel goed bewegingen kunnen waarnemen. Een belangrijke functie om succesvol op prooi te kunnen jagen. Het kattenoog heeft nog een belangrijke aanpassing voor de jacht: de lens en het hoornvlies zijn namelijk erg groot waardoor het oog veel licht kan opvangen. Hierdoor kan een kat ook bij minder licht, in de schemering, goed zien. Een uitzondering hierop vormen de witte, blauwogige katten. Deze katten lijden behalve aan doofheid ook aan een beperkt zicht bij nacht. Een genetische afwijking gekoppeld aan de vacht en oogkleur.
Blindheid niet alleen door slechte ogen
Hoewel je misschien bij blindheid in eerste instantie aan slecht ontwikkelde of door een ontsteking of een verwonding beschadigde ogen denkt, kan slecht zicht ook veroorzaakt worden door een abnormale zenuwgeleiding tussen het netvlies en de hersenen. Deze afwijking komt veel voor bij albino’s en Siamezen en Burmezen. Deze dieren zien scheel: ze zien een object wel, maar hebben moeite met de lokalisatie van het object in de ruimte.
Waar krijg je mee te maken en moet je rekening mee houden al je een slechtziende of blinde kat in huis hebt?
Het zal duidelijk zijn dat een kat om optimaal te functioneren al zijn zintuigen nodig heeft. Zo is het zicht nodig om te voorkomen dat de kat tegen dingen aanloopt, om voedsel te vinden en om de lichaamstaal van andere katten te zien. Een slechtziende kat kan dit beperkt. Een volledig blinde kat mist deze functie. Voor jachtgedrag is binoculair zicht nodig vanwege de kleinheid en de snelheid van de prooi waarop door veel katten gejaagd wordt. Het zal voor een blinde kat erg moeilijk, zo niet onmogelijk, zijn om in het wild te overleven. Hij zal niet zelf prooi kunnen vangen. Wel zal een verwilderde kat, een zwerfdier, dat bij boerderijen gevoerd wordt, op zijn reuk af kunnen gaan en zo de locatie van de voerbakjes kunnen bepalen.
Als je een blinde kat in huis hebt, kun je gebruik maken van het feit dat zijn beperkte zicht gecompenseerd wordt door andere zintuiglijke functies. Een blinde kat zal zeer alert zijn op geluiden en geuren. Ook kan hij zijn snor- en tastharen gebruiken om de omgeving af te tasten, om op die manier te “zien”. Hiervoor gebruikt hij niet alleen de snorharen ter weerszijden van de bek, maar ook die bij de oren, aan de zijkant van de kop, onderaan zijn kinnetje en aan de binnenzijde van zijn voorpootjes.
Zo kan hij de breedte van een doorgang bepalen, voelen of er een object in de weg staat en op korte afstand zelfs lucht- en windstromen voelen.
De leefomgeving vertrouwd maken
De kat zet zijn lichaamseigen geurstoffen, feromonen, af door op de looproute in huis kopjes te geven of met zijn flanken langs muren, objecten te wrijven. Net als een goed ziende kat, maakt hij op deze manier zijn leefgebied herkenbaar en vertrouwd voor zichzelf. Behalve deze herkenning is het ook belangrijk dat de kat “weet” waar in huis hij zich bevindt. In verschillende ruimtes kunnen immers andere voorzieningen zijn. Je kunt de blinde kat hierbij helpen door verschillende geuren aan te brengen in verschillende ruimtes. Zodat de kat weet waar in het huis hij zich bevindt.
Niet alleen geur kan de kat helpen zijn weg in het huis te vinden, ook geluiden kunnen hierbij helpen. Zo kan een zacht spelende radio in de woonkamer hem de weg wijzen.
Sommige blinde katten zijn ondanks hun handicap heel speels. Je zou verwachten dat dit vooral speeltjes met geluid betreft, maar ook de tast speelt hierbij een rol. Dus speeltjes met een ruw oppervlak of een fleece muisje kunnen hem tot grote activiteit verleiden. Om ongelukken te voorkomen, is het wel raadzaam om te kijken waar de kat speelt en zo nodig een duidelijke grens te maken tussen verschillende ruimtes. Dit speelt bijvoorbeeld een rol als de kat boven op de overloop speelt en dan al spelend op de trap terecht komt.
Dit gebeurde bij de blinde asielkat die al spelend op de overloop een paar traptreden naar beneden viel. De eigenaars wilden dit natuurlijk in het vervolg voorkomen en zij hebben dit opgelost door een houten traphekje als voelbare grens te plaatsen. Zij hebben hier één spijl uitgehaald. Door deze opening heeft de kat wel de vrije toegang tot zijn leefgebied, maar door het hekje wordt voorkomen dat hij naar beneden valt. Het dwarsbalkje aan de onderzijde van het hekje dient als voelbare grens.
Andere tastmarkeringen die je als eigenaar kunt aanbrengen zijn sisalkleden. Door deze bij de overgang van de ene naar de andere ruimte te leggen, voelt de kat aan zijn voetjes dat hij een andere ruimte ingaat. Overigens kan hij deze kleden ook gebruiken om door middel van krabben zijn eigen geur af te zetten.
Als de blinde kat voor het eerst in huis komt of als de kat plotseling blind is geworden, is het aan te raden om eerst de omgeving klein voor hem te houden. Door hem een kleine ruimte te bieden met daarin al zijn noodzakelijke voorzieningen, houd je het overzichtelijk voor hem en worden ongelukjes als plassen buiten de kattenbak voorkomen. Het kan zeker ook zinvol zijn om de kat een paar maal in de kattenbak te zetten vanaf zijn ligplek, zodat hij “weet” waar de kattenbak is.
Daarna kun je hem geleidelijk aan het huis laten verkennen.
Een blinde kat buiten op straat laten lopen, raad ik zeker niet aan. Het zal duidelijk zijn dat dat te veel gevaar voor hem oplevert. Wel kun je hem in een afgesloten tuin of kattenren naar buiten laten gaan zodat hij toch van de buitenlucht kan genieten.
Behalve hem helpen met de weg in huis, is het ook belangrijk dat je in je interactie met de kat rekening houdt met zijn blindheid. Praat tegen hem, vertel wat je gaat doen als je hem gaat aaien, borstelen. Hij zou immers kunnen schrikken als hij ineens een hand op zijn rug voelt.
Een blinde kat kan op zich wel samen leven met andere katten, maar hij ziet hun lichaamstaal niet. Hoewel hij hen kan ruiken en horen, zal zijn visuele beperking de relatie tot andere katten moeilijker maken. Als in een meerkatshuishouden een kat later blind wordt, kan de sociale relatie tussen de katten hierdoor veranderen.
Een opmerking bij de foto’s: de katten op de foto’s zijn geen van alle blind. De kat op de eerste twee foto’s heeft een flinke verwonding bij zijn oog, maar zijn zicht is goed. De foto is gemaakt door de verzorger van deze in vrijheid levende kat. De verwonding wordt behandeld.